Aronsohn is niet alleen nauw betrokken bij complexe nieuwbouw- en renovatie projecten, maar we worden ook regelmatig benaderd om onze constructieve expertise in te brengen bij sloopprojecten. Bij grote sloopprojecten is altijd sprake van gefaseerde sloop waardoor gebouwen of gebouwdelen tijdelijk moeten blijven staan terwijl andere delen gesloopt worden.
Dit sloopwerk kan invloed hebben op de stabiliteit van de (tijdelijk) te handhaven gebouwen. Daarom is het essentieel dat een constructeur al vanaf de eerste plannen betrokken wordt bij de bepaling van de sloopfasering. Op die manier kan de ideale sloopvolgorde worden bepaald en wordt direct bekeken of er gesloopt kan worden zonder aanvullende constructieve voorzieningen. Indien deze voorzieningen nodig zijn om de stabiliteit van andere bouwdelen te handhaven, dan worden die direct ontworpen. Daarmee ontstaat voor de opdrachtgever een compleet beeld ten aanzien van de sloopkosten. Deze bestaan immers niet alleen uit de sanerings- en sloopkosten maar ook uit de aan te brengen (tijdelijke) constructieve voorzieningen.
Bij het Radboudumc is gedurende vele jaren ruimte gemaakt voor nieuwbouw door de sloop van bestaande bouwdelen. Met de ingebruikname van het laatste grote nieuwe gebouw, het nieuwe hoofdgebouw, is iets meer dan de helft van het Masterplan afgerond. Er resteren nog een behoorlijk aantal renovatieplannen, met name op het gebied van Onderwijs en Onderzoek.
Momenteel worden de overbodig geworden bestaande gebouwen aan de westflank van de campus in drie grote fasen gesloopt. Dit betreft een enorme sloopopgave waarbij meer dan 10 gebouwen gesloopt worden. Aronsohn heeft bij de uitwerking van de door het Radboudumc gewenste fasering gecontroleerd hoe de sloopfaseringen zich verhouden tot de stabiliteit van gebouwen die nog niet gesloopt worden in die fase. Er is per gebouw een constructieve slooplijn gedefinieerd, zowel in het horizontale als in het verticale vlak, waar de sloopaannemer zich aan moet houden.
Deze slooplijnen zijn zo gekozen dat de te handhaven gebouwen stabiel en veilig blijven tijdens en na de sloop van de naastgelegen gebouwen. Dit heeft in een aantal gevallen ook tot gevolg dat delen van de fundering van een te slopen gebouw gehandhaafd moeten blijven tot het moment dat het naastgelegen gebouw ook gesloopt is. Verder zijn constructieve voorzieningen zoals tijdelijke ondersteuningen ontworpen voor vloeren die, vanwege een noodzakelijke gedeeltelijke sloop, niet langer voldoende ondersteund werden. De voorbereiding van deze sloop is tot stand gekomen door een samenwerking met onder andere het Radboudumc, BBC Bouwmanagement, BCM Consultancy, Deerns, ZRi, Croon Wolter & Dros en Kropman.
Van links naar rechts sloop fase 1, 2 en 3 van gebouw van Radboudumc.
Om verdere ontwikkeling op de VU Campus en Zuidas mogelijk te maken, zal Vrije Universiteit Amsterdam het Wis- en Natuurkundegebouw slopen – exclusief de bouwdelen A en B. Deze delen worden verbouwd tot een zelfstandig functionerend gebouw. De sloop is benodigd om het vrij te komen kavel over te dragen aan de gemeente Amsterdam. Na de sloop en de overdracht van de grond ontstaat ruimte voor de gemeente voor de realisatie/verplaatsing van de Sportclub Buitenveldert, welke nu nog aan de noordzijde van De Boelelaan gelegen zijn.
Aronsohn is betrokken bij de voorbereiding van de sloop van het meer dan 200 meter lange gebouw. Gezien de omvang van dit gebouw en het feit dat een deel van het gebouw gehandhaafd blijft, is het noodzakelijk om vooraf goed na te denken over de sloopvolgorde en de stabiliteit van de bouwdelen tijdens en na de sloop. Doordat het gebouw deels in gebruik blijft tijdens de sloop en stapsgewijs vrij wordt gegeven voor sloop door middel van een complex schuifplan, is de keuze van sloopfasering niet ingegeven op basis van de techniek (sloop en constructieve fasering) maar op basis van beschikbaarheid van de bouwdelen.
De constructieve sloopfasering is in hoofdlijnen onder te verdelen in vier stappen:
Stap 1: Sloop van enkele bouwdelen aan het oosten.
Stap 2: Sloop van één stramien waarbij het te handhaven deel van het gebouw los komt te staan van de rest van het gebouw
Stap 3: Sloop vanaf de sloopknip richting het midden van het gebouw.
Stap 4: Sloop van de rest van het gebouw.
Aronsohn heeft voor alle sloopstappen de stabiliteit van het gebouw gecontroleerd en geadviseerd in de specifieke slooplijnen. Ook zijn, in samenwerking met Fugro, tijdelijke grond- en waterkerende constructies ontworpen om de kelders van de bouwdelen te kunnen slopen. De voorbereiding van deze sloop is tot stand gekomen door een nauwe en intensieve samenwerking met onder andere VU Amsterdam – Facilitaire Campus Organisatie, BCM Consultancy en Fugro.
Constructieve sloopstappen Wis- en Natuurkundegebouw VU Amsterdam
Projectleider | Aronsohn Constructies